Je zou denken dat we, met het hele Europese continent aan onze voeten, elk jaar iets nieuws proberen. Een onbekend dorpje in Slovenië, een bergmeer in Albanië, een geheime baai in Kroatië. Maar nee. Ieder jaar puilen dezelfde parkeerplaatsen uit van de auto’s met gele kentekenplaten, staan er lange rijen voor dezelfde strandtenten en klinkt er in de verte weer: “Kevin, je laat je crocs liggen!”
Er zijn gewoon plekken in Europa die voor ons als Nederlanders voelen als een verlengde van de achtertuin. Soms omdat het lekker dichtbij is, soms omdat je er kroketten kunt krijgen, en vaak gewoon omdat het werkt. Hieronder vind je tien vakantiebestemmingen in Europa waar Nederlanders elk jaar massaal heentrekken mét de reden waarom.
Zuid-Frankrijk voelt als thuiskomen, maar dan met zon
Of je nou de auto vol laadt met campingstoelen en afwasbakken of je vliegt voor een weekje naar Nice, Zuid-Frankrijk blijft dé favoriete zonbestemming voor Nederlanders in de zomer. Met name de Provence, de Ardèche en de Côte d’Azur zijn vaste prik. Waarom? Omdat je daar gewoon weet wat je krijgt: zon, wijn, stokbrood en een boulangerie om de hoek. En toegegeven, die lavendelvelden doen het ook goed op Instagram.
➤ Jaarlijks zo’n 700.000–900.000 Nederlandse vakantiegangers
Noord-Italië is als een pastakaart die tot leven komt
Lago di Garda, oftewel het Gardameer, is misschien wel hét bekendste stukje Italië onder Nederlandse vakantiegangers. Iedere zomer verrijst er een complete Nederlandse wijk aan de oevers van het meer. Denk: campers, caravans, partytenten en een enkele opblaasflamingo. Niet voor niets voelt het Gardameer voor veel gezinnen als thuiskomen, maar dan met pizza.
Ook Lago Maggiore en de glooiende heuvels van Toscane zijn geliefd, maar het Gardameer blijft onovertroffen. De campings zijn top, de bergen liggen om de hoek, en als je even geen zin hebt in cultuur, kun je altijd nog een dagje naar een waterpark of met een bootje dobberen langs schilderachtige dorpjes. Noord-Italië is perfect voor wie een zonvakantie in Europa zoekt met kinderen, maar wél graag een goed glas wijn drinkt en niet alleen patat wil eten. Bovendien zie je er bitterballen op de menukaart staan. Zeg nou zelf: wat wil je nog meer?
➤ Jaarlijks zo’n 600.000–700.000 Nederlandse vakantiegangers
Spanje, met name de Costa Brava (en Benidorm!), blijft onweerstaanbaar
Wie als kind al naar Lloret of Blanes is geweest, heeft waarschijnlijk het Spaanse strandzand nog steeds ergens in een oude rugzak zitten. De Costa Brava en de Costa Blanca zijn nog altijd razend populair onder Nederlanders. Vooral Benidorm verdient hier een eervolle vermelding. De stad is een soort tropisch Scheveningen, maar dan met meer hoogbouw en gegarandeerde zon. Voor sommigen is het de ultieme plek om op leeftijd aan de zee te wonen met bitterballen binnen handbereik, voor anderen is het juist de plek waar je je jeugdvakanties doorbracht in een overvolle bungalow met plastic stoelen en een zwembad met strenge badmeester.
Met goedkope pakketreizen, kindvriendelijke all-in hotels en temperaturen die steevast boven de 30 graden uitkomen, weet je waar je aan toe bent. En ja, je hoort er meer Nederlands dan Spaans op sommige boulevards. Sommige mensen vinden dat jammer, anderen nemen het gewoon als onderdeel van het comfortpakket. Je weet wat je krijgt, en dat is precies waarom we er steeds weer terugkomen.
➤ Jaarlijks zo’n 800.000–1.000.000 Nederlandse vakantiegangers
Oostenrijk is ons winterhart, maar ook zomers favoriet
We trekken massaal naar Oostenrijk in de winter met onze ski’s, snowboards en après-skioutfits, maar ook in de zomer is het verrassend populair. Wandelen in de bergen, frisse lucht, kabbelende beekjes – het is als Limburg, maar dan dramatischer en met meer koeien. Vooral voor gezinnen die iets actiever willen zijn, is Oostenrijk een ideale keuze. En je hoeft er niet bang te zijn voor zonnebrand: het weer doet vaak een beetje Nederlands aan.
➤ Jaarlijks zo’n 500.000–550.000 Nederlandse vakantiegangers
Duitsland ligt zo dichtbij dat het bijna oneerlijk is
Je hoeft de grens maar over te steken en je zit al in een Duits kuuroord, een bosrijk wandelgebied of een kneuterige vakwerkstad waar de schnitzels groter zijn dan je bord. Duitsland is ideaal voor een goedkope autovakantie binnen Europa en wordt door veel Nederlanders gebruikt als eerste tussenstop, maar het is óók gewoon de eindbestemming voor wie houdt van rust, natuur en degelijke campingtoiletten. Bonuspunten: ze begrijpen je humor ongeveer.
➤ Jaarlijks zo’n 800.000–1.000.000 Nederlandse vakantiegangers
België is het land waar je naartoe gaat als je geen zin hebt in gedoe
Of het nu gaat om de Ardennen, de Belgische kust of een weekendje Gent of Brugge, België is perfect voor wie snel weg wil, maar niet per se het avontuur op wil zoeken. Je rijdt er in een paar uur naartoe, je kunt er je taal kwijt en het bier is beter dan waar dan ook. Voor veel Nederlanders is België ook een fijne bestemming voor een korte vakantie in Europa zonder vliegtuig. Plus: friet met stoofvlees. Genoeg gezegd.
➤ Jaarlijks zo’n 700.000 Nederlandse vakantiegangers
Kroatië is de nieuwe Franse Rivièra
De laatste tien jaar is Kroatië razendsnel gestegen op de lijst met populaire vakantiebestemmingen in Europa onder Nederlanders. Vooral Istrië is inmiddels een soort nieuwe Provence geworden, maar dan met betere zee en goedkopere prijzen. Campings, vakantiehuizen en appartementen schieten er als paddenstoelen uit de grond. En eerlijk is eerlijk: als je daar aan het water zit met een glas witte wijn en uitzicht op een middeleeuws stadje, snap je ineens waarom iedereen hier naartoe wil.
➤ Jaarlijks zo’n 250.000–300.000 Nederlandse vakantiegangers
Portugal is voor wie een beetje avontuurlijk maar ook chill wil zijn
De Algarve, Lissabon, Porto – stuk voor stuk plekken die Nederlanders steeds vaker op hun lijstje zetten. Portugal is nog nét iets minder toeristisch dan Spanje, al begint dat verschil langzaam te verdwijnen. De ruige kust, de relaxte sfeer en de betaalbare prijzen maken het ideaal voor stellen, vriendengroepen en gezinnen die wat meer willen dan alleen bakken op het strand. En voor wie houdt van pastel de nata, natuurlijk.
➤ Jaarlijks zo’n 275.000–400.000 Nederlandse vakantiegangers
Luxemburg is klein, maar groots in campinggeluk
Voor mensen die geen zin hebben in lange autoritten, maar wel graag tussen de bergen willen zitten, is Luxemburg al decennia lang een vaste waarde. Je kunt er wandelen, kanoën, kastelen bekijken en ’s avonds gewoon een potje boerenbridge doen op de camping. Het land voelt als een mix van Frankrijk, Duitsland en een beetje Eftelingbos en dat allemaal op vier uur rijden van Utrecht. Wat wil je nog meer?
➤ Jaarlijks zo’n 125.000–150.000 Nederlandse vakantiegangers
Tsjechië is het underdog-vakantieland dat langzaam mainstream wordt
Waar Kroatië ooit begon, daar zit Tsjechië nu. Steeds meer Nederlanders ontdekken hoe mooi en betaalbaar het land is. Met name het Reuzengebergte en de omgeving van Praag zijn populair. Je krijgt er bergen, bossen, mooie steden én goedkoop bier. Wat wil een Nederlander nog meer? Oh ja: prima campings en vriendelijke locals die je met een glimlach aankijken als je ‘goedemiddag’ probeert uit te spreken in het Tsjechisch.
➤ Jaarlijks zo’n 150.000 Nederlandse vakantiegangers
Waar je ook heen gaat, de kans is groot dat je een Nederlander tegenkomt
Of je nu naar een strand aan de Costa’s trekt, een camping in de Alpen opzoekt of besluit om het ruige binnenland van Portugal te verkennen, de kans is groot dat je vroeg of laat een mede-Nederlander tegenkomt. We zijn een reislustig volk, maar ook een gewoontedier. We zoeken zon, veiligheid, comfort en niet onbelangrijk een plek waar je hagelslag kunt krijgen. En zolang die combinatie blijft bestaan, weten we precies waar we massaal naartoe gaan.
Over de auteur
